India oktober - november 2015

We gaan op rondreis door Noord- India. De keuze valt op een groepsreis door Delhi, Agra en Rajasthan in 16 dagen.
We hebben ons goed voorbereid. De inentingen en de visa zijn op tijd binnen.

India is een enorm land in het zuiden van Azië, het omvat bijna het gehele Indisch Subcontinent. India grenst in het noordwesten aan Pakistan,
in het noorden aan Nepal, China (Tibet) en Bhutan en in het noordoosten aan Bangladesh en Birma.
India is een land van grote diversiteit en tegenstellingen. Het overgrote deel van de bevolking noemt zich aanhanger van het Hindoeïsme (80%),
of de aanverwante Sikh-variant (2%). Maar er zijn grote minderheden van aanhangers van de Islam (13%) en het Christendom (6%).

Dag 1 : Zaterdag 31 oktober.
Het is zover. Om 06.00 uur vertrekken we met de auto naar Schiphol. We checken zelf in, printen onze tickets uit en vliegen om 10.40 uur met een Airbus A330-300 van de KLM. Het duurt zes en een half uur voordat we in Abu Dhabi zijn. Hier moeten we overstappen. We melden ons bij de Transfer Desk om in te checken voor het tweede gedeelte van onze vliegreis. Het is de bedoeling dat we onze boardingpassen krijgen. Maar het loopt iets anders. Blijkbaar is het vliegtuig overboekt. Er wordt ons gevraagd even geduld te hebben. Ze gaan een oplossing zoeken, maar dat kan wel een klein half uur duren. We mogen
alvast doorlopen naar de gate. Dan ligt daar onze oplossing. We besluiten dat niet te doen. We blijven in het zicht van de medewerker van de Transfer Desk. Zo vergeet hij ons niet.
Uiteindelijk krijgen we twee tickets. Zo te zien zitten we niet naast elkaar. Maar we kunnen wel mee. Bij het boarden veranderen onze plaatsen. In de
businessclass zijn nog plaatsen vrij en we mogen daar gaan zitten. We worden met de bus naar het vliegtuig gebracht. Een vliegtuig van Jet Airways, een Boeing 737-800. In het vliegtuig hebben we luxe zitplaatsen en worden we onthaald met een welkomstdrankje. Het blijkt dat meer mensen tegen dit probleem
aangelopen zijn. We maken kennis met twee reisgenoten. Het is een gelegenheidsduo. Beide wederhelften zitten in de economyclass….

Dag 2 : Zondag 1 november .
Vroeg in de ochtend, tegen 04.30 uur, landen we in Delhi. (In Nederland is het dan nog middernacht.) Er staan lange rijen bij de balies. Het duurt ruim twee uur voordat we met ons visum het land inkomen. Met de stempel in onze paspoorten gaan we op zoek naar onze bagage.
In de aankomsthal maken we kennis met onze reisbegeleider Kapil. Wij zijn de eerste van onze groep en wachten totdat de anderen ook arriveren. Sommige hebben extra vertraging, doordat er bagage kwijt is geraakt. Het zal tot vijf dagen duren voordat de koffers nagebracht zijn. Welkom in India.
Delhi is een ontzettend grote, drukke stad. Het is er warm, maar zwaar bewolkt door de smog. Om 08.00 uur bereiken we ons hotel Crest Inn, een stadshotel in Delhi.

New Delhi - Crest Inn - 4/27, W.E.A., Saraswati Marg, Karol - Bagh, New Delhi - 110005- New Delhi, India
Tel: 91-11-25760224 - Internet: http://www.hotelcrestinn.com

We slapen er drie uur waarna we de stad gaan verkennen met de City Tour. Wij sluiten vandaag aan bij de groep. Reizen is vermoeiend en dan is het
gemakkelijk om je met de bus rond te laten rijden. Onderweg kijken we onze ogen uit. Toeterende tuk tuks, riksja’s, auto’s en knetterende scooters bepalen het straatbeeld. Alles lijkt door elkaar te rijden. Niemand houdt zich aan de verkeersregels of stoplichten. Zelfs fluitende verkeersregelaars lijken niet veel
invloed te hebben op de chaos.
Het verschil tussen de twee stadsdelen (Oud-Delhi en Nieuw-Delhi) is immens. Het nieuwe gedeelte van de stad lijkt wel een groene oase van uitgestrekte parken en paviljoens. Oud-Delhi is een kleurrijke, ommuurde stad met poorten, steegjes, tempels, moskeeën en bazaars.

We gaan met de bus op weg naar de Jama Masjid. Dit is India’s grootste moskee, er kunnen 25.000 mensen in. Hij is gebouwd tussen 1644 en 1658 uit rood zandsteen en wit marmer. De bus komt vast te staan in de verkeerschaos. We gaan te voet verder over de lokale markt . Wat is het hier druk! We mogen bij de moskee naar binnen. Boven aan de trappen laten we onze schoenen achter. Ik krijg een jurk over mijn zomerkleding aan. Ook de mannen krijgen hier een doek om hun blote benen geslagen. We betalen voor het gebruik van de fotocamera. Zo kunnen we binnen foto’s maken.

De volgende stop is bij Raj Ghat, een monument ter ere van Gandhi.. Een eenvoudig, zwart marmeren platform markeert de plaats waar Mahatma Gandhi in 1948 is gecremeerd. Op het monument liggen bloemen. Bij het monument zien we schoolkinderen in uniform, die op excursie zijn. Ze vinden al die toeristen een bezienswaardigheid en willen graag met ons op de foto.

Vervolgens bezoeken we India Gate. Dit stenen monument is 42 meter hoog en herdenkt de 90.000 Indiase soldaten die stierven tijdens de eerste
wereldoorlog aan de noordwest grens en tijdens de Engels-Afghaanse Oorlog in 1919. De India Gate ligt midden in een park en is een ontmoetingsplaats voor de lokale bevolking. Zeker in het weekend en deze zondag is het er erg druk.

’s Avonds bezoeken we de Gurdwara Bangla Sahib, de witmarmeren Sikh Tempel. Iedereen is welkom om de tempel binnen te gaan. Voorwaarde is wel dat we onze handen en voeten wassen. Onze haren bedekken we met een hoofddoekje. In de tempel is een dienst bezig met gezang. Het is heel bijzonder om zo opgenomen te worden. In een grote ruimte worden grote hoeveelheden voedsel bereid en genuttigd.                                                           

Later gaan we met de groep uit eten in Delhi. Het restaurant heet “Spicy by Nature”. Het is onze eerste kennismaking met de Indiase keuken. Onze tourleader helpt ons bij de keuze van de maaltijden. Het is erg lekker en we laten het ons goed smaken.
http://www.spicybynature.asia/

Dag 3 : Maandag 2 november
Om half acht checken we uit. Buiten het hotel is het al druk. Delhi ontwaakt en de vele kraampjes worden opgebouwd. Onderweg naar de bus worden we
aangehouden door de lokale bevolking. Er wordt gebedeld. We proberen het te negeren en door te lopen. Maar ze zijn vasthoudend. In de bus ontdekt een medereiziger dat hij gerold is. Hij mist zijn fotocamera en zijn rugzak is open gemaakt. Dat wordt een tochtje naar het politiebureau, voordat we verder kunnen reizen. Ondertussen voorziet onze reisleider ons van een geïmproviseerd ontbijt in de bus.
Vandaag nemen we afscheid van Delhi. Voordat we doorreizen naar Agra gaan we nog twee dingen bekijken. Eerst bezoeken we de Humayun’s Tomb. Dit is een mausoleum. Het complex is gebouwd in het midden van de zestiende eeuw. Na een restauratie van zes jaar, ligt het er sinds 2013 schitterend bij. Het
gebouw bestaat uit rood zandsteen en wit marmer. De architectuur volgt de strikte regels van de Islamitische geometrie, met een voorkeur voor het cijfer acht. In het omliggende park vliegen groene papagaaien en het gebouw lijkt boven de omringende tuinen te zweven. Zo vroeg op de dag is het heerlijk rustig om rond te lopen en foto’s te knippen.

Vervolgens rijden we langs de Lotus Tempel (Bahai House of Worship). Deze tempel werd in 1986 door een Iraans-Canadese architect, Fariburz Sahbah,
ontworpen. De tempel stelt een lotusbloem voor met 27 witmarmeren bladeren. Hij werd gecreëerd om geloven tot elkaar te brengen. Bezoekers worden
uitgenodigd om in stilte te bidden of te mediteren volgens hun eigen geloof. Helaas is de Lotus Tempel op maandag gesloten. Dus voor ons blijft het bij een foto van de buitenkant.

We hebben een flinke reis voor de boeg. We gaan naar Agra. Dat is ongeveer 230 kilometer verderop. We maken kennis met de Indiase manier van rijden. De chauffeur moet regelmatig koeien en buffels ontwijken. Het valt ons op dat de wegen goed begaanbaar zijn. Regelmatig rijden we over stukken tolweg. Onderweg stoppen we voor een hapje, een drankje en om onze benen te strekken. Rond drie uur arriveren we in Agra. We logeren in “Hotel Taj Resorts”, een luxe hotel met zwembad.

Agra - Taj Resort Agra - Eastern Gate Taj Mahal, Opp Taj Nature Walk, Shilpgram,
VIP Road - Agra, India
Tel: 0562 2230114 - Internet: http://www.hoteltajresorts.com

Schuin tegenover het hotel zien we een paar tuk tuks staan. Een jongen biedt ons zijn diensten aan. Wij leggen uit dat dit vandaag niet nodig is. Voor
morgenmiddag hebben we wel interesse. Hij belooft ons er te zijn.
Na het inchecken drinken we een biertje op het dakterras. We maken er kennis met twee Amerikanen. Zij reizen ook door Rajasthan. Samen genieten we van het uitzicht op de Taj Mahal. Het wordt al vroeg donker en ’s avonds eten we op het terras bij het zwembad. 

Dag 4 : Dinsdag 3 november
Vandaag zijn we vroeg opgestaan, al om 05.00 uur. We willen te voet naar de Taj Mahal, “de Marmeren Tempel van de Liefde”. Ons hotel staat er 750 meter vandaan. Het eerste uur schijnt het er nog redelijk rustig te zijn. Per dag komen er 25.000 bezoekers. De verandering van het licht en daarmee de kleur van de Taj Mahal maken het vroege opstaan meer dan waard.
De Taj Mahal heeft Agra wereldberoemd gemaakt. Het is één van de zeven wereldwonderen en werd gebouwd door Keizer Shah Jahan uit liefde voor zijn derde vrouw, Mumtaz Mahal. Zij stierf in het kraambed bij de geboorte van haar veertiende kind in 1631. De bouw startte in 1632 en het zou tot 1653 duren voordat het hele complex af was. Niet lang daarna werd Shah Jahan afgezet door zijn zoon Aurangzeb en verbannen naar het Agra fort. De rest van zijn
leven kon hij de Taj Mahal alleen vanuit een raam aanschouwen. Na zijn dood in 1666 werd Shah Jahan bij Mumtaz in de Taj Mahal begraven. De tombes die wij nu gaan zien, zijn replica’s. De echte tombes bevinden zich in een afgesloten ruimte onder de replica’s. De Taj Mahal is dus een mausoleum, maar wel één die overdadig van opzet is. De keizer zou zelfs de verloofde van de architect vermoord hebben om zo het verdriet te laten voelen dat de architect nodig zou hebben om het beste van het beste te ontwerpen.
We lopen om 06.00 uur aan. Het is nog donker en even later zijn we bij de ingang. De Taj Mahal is geopend van zonsopgang tot zonsondergang. Er zijn twee aparte rijen, mannen en vrouwen gaan gescheiden naar binnen. Veel mogen we niet meenemen naar binnen. Slechts water, een fotocamera, een
legitimatiebewijs en sloffen. De sloffen en het water kregen we bij de entreekaartjes. We worden geacht netjes gekleed te zijn, dat wil zeggen de schouders bedekt en een broek tot over de knieën. We lopen door een beveiligingspoortje en onze tas wordt nagekeken. (Deze veiligheidsmaatregelen komen we
veelvuldig tegen deze rondreis.)
We hebben een privé-rondleiding door een lokale gids. Hij sprak ons aan bij binnenkomst. Hij loopt hier al jaren rond en wil ons graag de Taj Mahal laten zien. Hij geeft veel informatie en weet ons precies te vertellen waar we de mooiste foto’s kunnen maken. Hieronder volgt een selectie.

Op de terugweg komen wij langs een marmerwinkel. We kopen een klein olifantje voor in ons reiskastje.
Dan gaan we terug naar het hotel voor een ontbijt. We zien dat de jongen met zijn tuk tuk al buiten op ons staat te wachten. Wanneer we willen vertrekken, komt er nog een tuk tuk aanrijden. De bestuurder zegt dat hij zijn broer is en claimt de rit. Hij blijkt aan de buurt te zijn om te rijden. We vragen de jongen of hij akkoord gaat. Het lijkt alsof hij niet durft te weigeren. Blijkbaar is er sprake van enige hiërarchie onder de tuk tuk chauffeurs.
We maken een afspraak met de chauffeur en gaan op pad, naar het Agra Fort.

Het Agra Fort wordt vanwege haar kleur ook wel Het Rode Fort genoemd. Het Fort is geen grote vesting. Het is meer een ommuurd stadje met verschillende poorten en gebouwen. De rode stenen zijn op sommige plaatsen mooi bewerkt. Binnen in de gebouwen is ook veel met marmer gewerkt. In het fort zijn ook grote groene tuinen aangelegd.

Vervolgens rijdt de tuk tuk ons naar Itimad-ud-Daulah. Dit mausoleum is gebouwd tussen 1622 en 1628 en lijkt wat op de Taj Mahal. Vandaar dat hij ook wel “De Baby Taj” wordt genoemd. Het was de eerste constructie van de Moghuls die compleet in marmer is uitgevoerd. Het was ook de eerste keer dat er
uitvoerig gebruik gemaakt werd van het inleggen van motieven van (half)edelstenen in dit gesteente, net zoals later bij de Taj Mahal zou gebeuren. Tevens was het de eerste tombe die op de oevers van de Yamuna rivier gebouwd werd. Voorheen waren hier alleen prachtig aangelegde parken.
Als wij bij “De Baby Taj” arriveren, zit er net voor de ingang een groep apen. Er wordt naar ons gebaard dat we even moeten wachten. Met stokken en stenen wordt geprobeerd de apen op afstand te houden. Ze rennen wel weg, maar later komen we ze overal weer tegen. De mensen zeggen dat de apen agressief kunnen zijn. Daar kunnen we ons wel iets bij voorstellen, zeker als ze zo bejegend worden. Wij lopen er maar met een boog omheen. Ook hier mogen we het gebouw niet met onze schoenen betreden.

De tuk tuk brengt ons terug naar het hotel. ’s Middags wandelen we door Agra. Overal worden we aangesproken door tuk tuks en riksja’s. Het schijnt vreemd te zijn dat wij lopen. Maar wij willen nog wat van de omgeving zien. Er is een groot verschil tussen het oude gedeelte van de stad en het stuk waar de hotels staan. We zien echte armoede in de sloppenwijken.

Dag 5 : Woensdag 4 november
De reis gaat verder. Al om 07.30 uur gaan we op weg naar de verlaten keizersstad Fatehpur Sikri. Fatehpur Sikri, “de stad van de overwinning”, ligt bijna 40 kilometer ten westen van Agra. Een lokale heilige, Shaikh Salim Christi, had Moghul Keizer Akbar voorspeld dat hij eindelijk een zoon zou krijgen. Toen de voorspelling uitkwam, liet keizer Akbar hier zijn hoofdstad bouwen. Hij bouwde drie paleizen voor zijn drie favoriete vrouwen, een Hindoe, een Moslim en een Christen. Tussen 1571 en 1585 zwaaide hij vanaf zijn zetel de scepter over bijna het gehele noorden van India.
Fatehpur Sikri werd door velen gezien als de ideale stad en keizer Akbar genoot aanzien over de hele wereld. Onder zijn 5.000 haremvrouwen waren niet
alleen islamitische, maar ook veel hindoe- en christenvrouwen. Al snel bleek de toevoer van voldoende water een probleem en werd de stad verlaten. Aan de paleizen en de Jama Masjid moskee zie je nu nog wat een rijkdom hier heerste. De moskee is nog steeds in gebruik.

We vervolgen onze reis richting Jaipur. Onderweg worden we verrast door kamelen op de snelweg. Dat kan allemaal in India. Na de lunch stoppen we in
Abhaneri. Deze plaats ligt op 95 kilometer van Jaipur. Het dorp is bekend vanwege de “Chand Baori Step Well” en de “Harshat Mata Tempel”.
De Chand Baori Step Well is een monumentale waterput. Rajasthan is een droog gebied met diepgelegen grondwater. Vanaf de achtste eeuw werden
meerdere getrapte waterputten gebouwd. Het grondwater werd aangevuld met regenwater middels een groot licht aflopend landbouwgebied om de waterput. De put, de lager gelegen kamers en de trappen van de Chand Baori werden in de achtste eeuw gebouwd door de Hindoestaanse heerser Raja Chanda. In de achttiende eeuw werd het bovenste deel omgebouwd tot paleis en werd een galerij om de put aangelegd door de Moghulse moslimheersers.
De vierkante put bestaat uit een 30 meter diep bassin, begrensd aan drie zijden door in de helling gebouwde trappen en aan de noordzijde door een in de
helling gebouwd paleis. De 3500 treden zijn per tweetal parallel aan de helling gebouwd, verdeeld over 13 verdiepingen. Het bassin wordt op de begane grond geheel omringd door galerijen met spitsbogen. Aan de noordzijde staat een paleis met onder andere reliëfs van de goden Durga en Ganesha.

Ten westen van de waterput ligt de Harshat Mata Tempel. Deze Hindoe Tempel is opgedragen aan de Godin Harshat Mata, Godin van Vreugde en Geluk. Deze tempel is ook in de achtste eeuw gebouwd.
Hoewel de tempel onder de Moghulse en Turkse overheersing flink beschadigd werd, is hij nog steeds in gebruik. Als we op het platform rondlopen, worden we geacht onze schoenen uit te doen.

Aan het einde van de dag bereiken we onze bestemming Jaipur. We logeren in Nokha House, een guesthouse dat gerund wordt door een familie.

Jaipur - Nokha House - Nokha House, Sawai Jai Singh Highway, Bani Park , Jaipur 302016 - Jaipur, India
Tel: 91(0141)2203061 - Internet: http://www.nokhahouse.com

Dag 6: Donderdag 5 november
Vandaag gaan we Jaipur verkennen. Jaipur is de hoofdstad van Rajasthan. Jaipur wordt ook wel de "roze stad" genoemd. In 1876 liet Maharadja Ram Singh de hele stad roze verven om de Prins van Wales, de latere Koning Edward VII, welkom te heten. Roze werd gezien als de kleur van gastvrijheid. De oude stad is grotendeels ommuurd. Grote poorten onderbreken de muur en geven toegang tot de stad.
Jaipur is beroemd om zijn sprookjesachtige paleizen uit de tijd van de Maharadja's en heeft vele bezienswaardigheden. Zo heeft Jaipur het City Palace, het ernaast gelegen Jantar Mantar, de Jal Mahal, de Hawa Mahal en het Amber Fort.

We laten ons door een tuk tuk afzetten bij het Amber Fort. Dit ligt 11 kilometer ten noordoosten van Jaipur en is zeker moeite van het bezoeken waard.
Voordat Jaipur de hoofdstad van Rajasthan werd, was de hoofdstad in Amber gevestigd. Aan de buitenkant is het fort robuust. Het is gebouwd van lichtgele en roze zandsteen met wit marmer. Het fort beslaat een groot oppervlak. Vanaf de weg kun je in tien minuten naar het fort lopen. Sommige mensen kiezen
ervoor om door een olifant naar boven gebracht te worden.

Een lokale gids leidt ons in anderhalf uur rond. Hij geeft ons veel informatie en laat ons de mooiste plaatsen zien. Hij wijst ons ook op de tunnel die van het Amber Fort naar het Jaigarh Fort, een hoger gelegen vesting, loopt. Het is een lange klim naar boven, we doen er anderhalf uur over. Het uitzicht is er
prachtig. We kijken weg over de stad en het meer. Boven staat ook het grootste kanon van de hele wereld.

Vervolgens brengt de tuk tuk ons naar de Monkey Tempel. Onderweg komen we langs de Jal Mahal (Het Waterpaleis) waar we stoppen om een foto te
maken. De Jal Mahal is een zomerpaleis van de koninklijke familie en gebouwd in 1799.

De Monkey Tempel ligt buiten het centrum van Jaipur. Het is een plaats waar veel apen zijn. Je kunt er nootjes kopen om ze te voeren. Een hele groep apen komt op ons af wanneer ze zien dat we nootjes bij ons hebben. We gooien de nootjes naar de apen en besluiten om te draaien. We gaan naar het centrum.

We gaan naar het Jantar Mantar (Het Observatorium). Hier kun je veel sterrenkundige constructies vinden. Het heeft alles met de tijd en de stand van de zon te maken. Het Jantar Mantar is het grootst gebouwde astronomisch observatorium ter wereld. In 1728 werd dit opgericht door Jai Singh vanwege zijn passie voor astrologie. Hij bouwde er vijf in India. De vreemde bouwwerken en constructies komen imposant over. Zonder gids is het lastig in te schatten waarvoor ze gebruikt worden.

We gaan te voet verder richting Hawa Mahal. De Hawa Mahal was eigenlijk niet meer dan een façade. Het is geen echt paleis, maar meer een gevel met daarin 953 ramen, balkons en nissen. Het gebouw heeft vijf verdiepingen en achter de gevel loopt een brede gang. De Hawa Mahal is gebouwd in 1799 door Maharadja Sawai Pratap Singh. Het doel was om de vrouwen van de koninklijke hofhouding ongemerkt het leven en de parades op straat gade te laten slaan, zonder dat zij zelf vanaf de straat gezien konden worden. Doordat de wind door het gebouw blaast, wordt de Hawa Mahal ook wel het Paleis der Winden
genoemd.

Wij krijgen de tip om aan de overkant van de straat, vanaf het dak, foto’s te maken. We kunnen de hele omgeving zien. We raken aan de praat met een
zilverhandelaar, die ons meeneemt naar zijn werkplaats en winkel. We kopen er een ring en zilveren oorbellen.

We lopen verder door het centrum, langs de vele winkeltjes en bazaars. Het is er erg druk. We horen veelvuldig : “Come and look into my shop”.
We kopen een boedhabeeldje, voor in ons reiskastje. We komen ook nog langs een verlaten, vervallen tempel. Dan zoeken we een tuk tuk, die ons terug brengt naar ons hotel.

Dag 7 : Vrijdag 6 november
Na het ontbijt vertrekken we naar het witte pelgrimsplaatsje Pushkar. De afstand is ongeveer 150 kilometer en we zullen een halve dag onderweg zijn. We zien het landschap veranderen. Het wordt heuvelachtiger en we zien bergen, de Nag Pahar, verrijzen. In Pushkar logeren we in hotel Master Paradise.

Pushkar - Hotel Master Paradise - Master Colony, Panch Kund Road - Pushkar, INDIA
Tel: +91-145-2772814 - Internet: http://www.masterparadise.com

Pushkar is gebouwd rondom het heilige Pushkarmeer. Volgens een legende dankt het meer zijn bestaan aan Brahma. Die zou een lotusbloem hebben laten vallen op de plaats waar vervolgens een heilige bron ontstond. Het heilige meer heeft 52 baden. Het water zou een verlossende werking hebben.
Pelgrims  komen naar Pushkar om te bidden en te baden in het meer. Een hindoe moet eens in zijn leven in Pushkar zijn geweest. In één bad worden
rozenblaadjes gestrooid. De as van Gandhi zou er verstrooid zijn. In Pushkar zijn vele tempels te vinden. De belangrijkste is de Brahma-tempel.
De hoofdstraat is één lange bazaar waar echt van alles te koop is. We kopen er een zomerbroek, zodat we netter gekleed de tempels kunnen bezoeken. De bevolking is hier erg vriendelijk. We nemen de tijd om rond te kijken. Er hangt een hippie-achtige sfeer in het stadje. We zien er veel backpackers en
volgelingen van Bhagwan en Hare Krishna. Pushkar is verder nog bekend vanwege de jaarlijkse kamelenmarkt.

Dag 8 : Zaterdag 7 november
 We vertrekken extra vroeg, omdat we vanmorgen een rit met de trein gaan maken. Al om tien voor zes zitten we in de bus. Onze eindbestemming is Udaipur. Het is wordt een lange reisdag, ongeveer 320 kilometer.

Wanneer we bij het station aankomen, lijkt het alsof we terug in de tijd gaan. Wissels worden hier nog handmatig omgezet, wagons worden handmatig aan- of losgekoppeld. De trein laat een half uur op zich wachten, er lopen koeien op de rails. De trein rijdt zo’n 30 kilometer per uur. De rit gaat door een bergachtig gebied. We gaan door verschillende tunnels en over een brug. We hebben een mooi uitzicht over het dal. In het gebied leven apen. Ze herkennen het
fluitsignaal van de trein en komen er naar toe. Dan stopt de trein en kunnen de apen gevoerd worden. Even later rijden we terug naar het beginpunt en
vervolgen onze busreis…….

Om kwart over vijf komen we aan in Udaipur. Udaipur heeft een heel andere sfeer dan de andere steden in Noord-India. Met haar vele meren en paleizen is Udaipur beslist één van de meest romantische plaatsen van India. Door de prachtige ligging en het gematigde klimaat kozen verschillende Rajputs de stad als de hoofdstad van hun machtige rijk. Tijdens de bijna vijf eeuwen dat zij het in de regio voor het zeggen hadden, lieten ze er vele tempels en paleizen bouwen.
We checken in bij het hotel Mukund Villas.

Udaipur - Mukund Villas - 16, Gulab Bagh Road, Near Haryali Restaurant, Udaipur - Udaipur, India
Tel: 70230 88886/7 - Internet: http://www.hotelmukundvillas.com

Dit hotel ligt buiten het centrum. Wij nemen ’s avonds een tuk tuk en laten ons in het centrum afzetten. We lopen alvast een ronde door het centrum en gaan eten in een hotel met een dakterras, Shri Udai Palace. We eten vegetarisch terwijl we uitkijken over het meer. 

Na het eten komen we langs een winkel, Siddhi Vinayak Art. We kijken er rond en kopen drie prenten met afbeeldingen van Indiase Goden. Die laten we thuis inlijsten. Dan wordt het tijd om terug naar het hotel te gaan. De eigenaar van de winkel zegt ons dat we geen tuk tuk meer zullen vinden na tien uur
’s avonds. Dat is vervelend, want dan zullen we drie kwartier door een vreemde stad in het donker moeten lopen. De eigenaar biedt aan ons op de brommer terug naar het hotel te brengen. Hij heeft zelf een brommer en hij gaat zijn vriend vragen ook mee te rijden. Onderweg in het donker laveren ze langs de
koeien af en brengen ons veilig terug.

Dag 9 : Zondag 8 november
Vanmorgen gaan we op excursie naar twee Hindoetempels. Eerst bezoeken we de Sas Bahu Tempels in Nagda.  Hoewel deze tempels indertijd gedeeltelijk verwoest zijn door de Moghuls, is nog goed te zien hoe mooi bewerkt ze zijn. Er is nog veel reliëf te zien met sculpturen van goden en olifanten. Wanneer een tempel eenmaal verwoest is, wordt hij niet meer gebruikt. Opknappen heeft geen zin meer, omdat de ziel eruit is. Zo wordt gedacht. 

De tweede tempel die we bezoeken is de Eklingji Tempel. Dit is een heel complex. Een gedeelte is voor het publiek gesloten. Dit deel is nog door de koning in gebruik. Hij voert hier zelf alle rituelen uit. In deze tempel mogen we niet fotograferen. Ook is het hier niet toegestaan om leren artikelen mee naar binnen te nemen. Dus tassen, riemen, en portemonnees blijven weer in de bus achter. Onze schoenen wachten buiten de tempel.

Na deze excursie worden we afgezet in de stad en gaan we Udaipur verkennen. Udaipur wordt in India gezien als een kleine stad met slechts 700.000 tot 800.000 inwoners. Wij beginnen met Het City Palace en het museum. Het City Palace is een indrukwekkend gebouw. Het wordt beschouwd als het mooiste paleis van Rajasthan. Het gebouw is een doolhof van fraai betegelde zalen met rijk gedecoreerde balkonnetjes en knusse binnenplaatsen. Er is veel aandacht voor het leven van de maharadja’s. Ook gebruiksvoorwerpen, tapijten, kleding, jachttaferelen en familiefoto’s komen aan bod.

Gelegen op het schilderachtige Pichola-meer ligt het hagelwitte Lake Palace. Het is het voormalige zomerverblijf van de Maharadja en tegenwoordig een
exclusief hotel.

Naast paleizen zijn er in Udaipur ook tempels te bezoeken. Bij de Jagadish Tempel in het drukke centrum is altijd wel een religieus ritueel aan de gang. Van de Jagadish Tempel maken we foto’s vanaf het dakterras van Hotel Baba Palace. Het ligt er tegenover en we bestellen er Naan (brood) met kaas en knoflook.

We gaan te voet verder over de loopbrug. Aan de overkant van het meer bezoeken we nog een tempel. Vanaf het dak maken we nog meer foto’s van het meer. We wandelen verder door het centrum, langs talloze winkeltjes en de moskee. We blijven in het centrum, drinken koffie op een terrasje en dan staat er opeens een koe aan ons tafeltje! ’s Avonds gaan we met de groep eten in het Jagat Niwas Palace Hotel.

Dag 10 : Maandag 9 november
Na een ontbijt in het nabijgelegen Garden Hotel, vertrekken we richting Jodhpur. De rit gaat via de monumentale Chaumukh Tempel van Ranakpur. Deze ligt 75 kilometer ten noordwesten van Udaipur en hij wordt beschouwd als één van de mooiste Jain Tempels van India. Het is een groot complex en gebouwd van melkwit marmer in de vijftiende eeuw. De tempel beslaat 29 hallen, heeft 80 koepels en telt maar liefst 1444 zuilen, die allemaal verschillend zijn.
Schoenen, sigaretten, eten en leren artikelen mogen niet mee naar binnen. Kleding dient gepast te zijn. Dus schouders en benen bedekt. Vrouwen die
menstrueren, worden zelfs gevraagd niet naar binnen te gaan. Het is zeer de moeite waard om deze tempel te bezoeken. Een audioguide geeft veel
informatie.

Na dit bezoek vervolgen we onze weg richting Jodhpur. Onderweg komen we langs een monument voor een motor. Het is ter nagedachtenis van iemand die verongelukt is op de motor. Op onverklaarbare wijze is de motor in zijn geheel teruggevonden. De motor staat opgesteld en degene die verongelukt is wordt nu aanbeden als beschermheilige van de reizigers. Zijn afbeelding staat bij het monument. Er komen veel mensen naar toe.

We stoppen nog een keer langs de weg, voordat we onze bestemming Jodhpur bereiken. Bij een stalletje kopen we een lokale snack met chai (Indiase thee met melk). Het eten is vegetarisch en komt recht uit het vet. De thee drinken we uit een aardewerken kommetje. We zijn wel een bezienswaardigheid, een groep toeristen langs de weg! Aan het einde van de dag bereiken we Jodhur. We logeren in het Lords Inn Hotel.

Jodhpur - Lords Inn Hotel - Plot No 1 C, PWD Circle , High Court, Colony Road, Jodhpur, Rajasthan 342008 - Jodhpur, India
Tel: 0291 510 0910 - Internet: http://www.lordshotels.com/jodhpurhotel.html

Dag 11: Dinsdag 10 november.
Jodhpur werd in 1459 gesticht en wordt ook wel “de Blauwe Stad” genoemd, omdat veel huizen blauw geschilderd zijn. De oude stad wordt omgeven door een tien kilometer lange muur. Vandaag hebben we tijd om Jodhpur te verkennen. Jodhpur werd in 1459 gesticht en wordt ook wel “de Blauwe Stad”
genoemd. Een andere naam voor Jodhpur is “Sun City” , omdat hier vrijwel altijd de zon schijnt. Wij gaan een hele dag met een tuk tuk op pad. De chauffeur neemt ons eerst mee naar het Umaid Bhavan-paleis. De laatste steen van dit paleis werd pas in 1943 gelegd, vlak voordat de maharadja’s van Jodhpur hun titel op moesten geven. We staan al om 9.00 uur voor de poort en zijn de eerste bezoekers. Alleen het museum is toegankelijk voor bezoekers. Het gedeelte dat nog door de koninklijke familie bewoond wordt en het gedeelte waar een luxe hotel in gehuisvest is, zijn niet geopend voor publiek.

Dan zet de tuk tuk driver ons af bij een groot park. Een jonge Indiase student vraagt of hij ons mag vergezellen. Hij kan hij zijn Engels oefenen en wij krijgen extra informatie. We komen langs een veranda met sculpturen. Het zijn cult images. Ze worden vereerd als grote helden vanwege hun liefde en offers voor het vaderland. Aansluitend is een tempel. Even verderop komen we bij een volkenkundig museum. We zien er sculpturen. We lopen verder langs tempels en tuinen. Het is prachtig aangelegd.

Dan rijden we naar het Meherangarh Fort, dat Jodhpur domineert. Het fort torent hoog boven de markt uit. Van bovenaf heb je een mooi uitzicht over de blauw geschilderde huisjes van de stad. Het fort dateert uit de begindagen van Jodhpur. De paleisvertrekken zijn prachtig gedecoreerd met marmer, schilder- en steenhouwwerk. Ook is er op geraffineerde wijze gebruik gemaakt van spiegels en gekleurd glas.

We vervolgen onze stadstour en onze tuk tuk driver brengt ons naar Jaswant Thada.
Dit is een begraaf- en crematieplaats. Het is een mooi monument waar de koninklijke familie begraven / gecremeerd wordt. Het werd gebouwd in 1899.

Dan rijden we naar de Clock Tower. Deze eeuwenoude toren ligt in het oude centrum. Hier is ook de lokale markt. We lopen een ronde, kijken onze ogen uit en kopen gekleurde armbanden. Vervolgens gaan we chai ( thee) drinken, waarna de tuk tuk ons afzet bij het hotel.

’s Avonds gaat de groep uit eten en het vervoer wordt geregeld door tuk tuks. Onze chauffeur van de dag is er ook bij. Er wordt gegeten op een dakterras met uitzicht op het fort. Er is al veel vuurwerk in verband met de naderende feestdag.

Dag 12 : Woensdag 11 november
Vandaag vertrekken we al om 07.00 uur richting de woestijnstad Bikaner. We verwachten een halve dag te reizen over de 250 kilometer. Onderweg komen we langs een koeienhospitaal. Hier worden ongeveer 5.000 koeien opgevangen, onder verschillende overkappingen. Het zijn koeien die ziek zijn, vele hebben er kanker. Niet zo verwonderlijk als je ziet hoe vaak ze vuilnis eten. We zien er koeien met amputaties en open wonden. Ook koeien die betrokken zijn
geweest bij ongelukken worden hier naar toe gebracht om verzorgd te worden. Het hospitaal maakt een troosteloze indruk. Geen koe die hier nog beter gaat worden. Het koeienhospitaal wordt betaald uit giften.

Onze volgende stop is in Deshnoke. Het ligt 30 kilometer ten zuiden van Bikaner. We gaan de rattentempel Karni Mata bezoeken. Karni Mata leefde in de veertiende eeuw en er gebeurde vele wonderen tijdens haar leven. Toen haar jongste zoon Lakhan verdronk, beval ze Yama (de God van de dood) hem weer levend te maken. Yama antwoordde dat ze daar niet toe in staat was. Maar Karni Mata, als een incarnatie van Durga, zou Lakhan terug tot leven kunnen brengen. Dit gebeurde en vervolgens werd verkondigd dat leden van haar familie niet meer zouden sterven, maar zouden incarneren als ratten (kabas).
Ongeveer 600 families in Deshnoke beweren afstammelingen te zijn van Karni Mata. Ze geloven dat ze na hun dood als rat zullen weder keren. De ratten in deze tempel zijn heilig, ze worden aanbeden en gevoerd. Buiten zijn stalletjes om voer te kopen. Het zou geluk brengen als er een rat over je voet heen loopt. Om de tempel in te mogen moeten we wel onze schoenen uittrekken. Vervolgens lopen we tussen de duizenden ratten. De populatie ratten is al jaren
hetzelfde.

Wanneer we Bikaner bereiken worden we afgezet bij het Junagarh Fort. Het is een groot fort en één van de hoogtepunten van de stad. Het werd gebouwd tussen 1589 en 1593 door Raja Rai Singh, heerser over Bikaner en generaal in het leger van de Moghul Keizer Akbar. We lopen door het fort met een
audiotour. Vooral aan de binnenkant is het fort rijk versierd.

Na het bezoek aan het fort worden we naar het hotel gebracht. We logeren in Hotel Raj Vilas Palace.

Bikaner - Hotel Raj Vilas Palace - Public Park, Bikaner - 334001 - Bikaner, India.
Tel: 00 - 91-151-2525901 - Internet: http://www.rajvilaspalace.net

Vanavond is het Diwali (het lichtjesfeest in India). Diwali is één van de belangrijkste feesten in het Hindoeïsme en vindt zijn oorsprong in India. Het woord is afgeleid van het Sanskriet “dipavali”, dat rij lichtjes betekent. Het feest is over heel India verspreid en door het eeuwenlange isolement zijn er verschillende
legenden en verhalen rond het feest gevormd. Door sommige Indiërs wordt de terugkeer van Rama in zijn stad Ayodhya gevierd en wordt hij gekroond tot
koning, nadat de demon Ravana door hem is gedood. Door anderen wordt juist de hindoegodin Lakshmi (van het licht, de schoonheid, rijkdom en voorspoed) vereerd. Door iedereen wordt het gevierd met evenveel spiritualiteit en staat Diwali voor vernieuwing in het leven.  
Diwali is ook bekend als Lichtjesfeest. Het wordt symbolisch bedoeld als “de overwinning van het goede over het kwade, de overwinning van het licht over de duisternis, de overwinning van de gelukzaligheid over de onwetendheid”. Tijdens het feest worden binnenshuis en op de erven kleine lichtjes (diya’s)
aangestoken. Deze lampen zijn gemaakt van klei, waarin kleine lichtjes aangemaakt worden met als brandstof geklaarde boter, ofwel ghee. Dit heet de Dia of Diya. Hoe rijker men is, hoe meer Diya’s men heeft. Ze worden op vensterbanken, balkonbalustrades en langs dakranden geplaatst. Ook de minder rijken
zullen deze dag de godin niet vergeten. In de hoop dat voor hen het geluk nog komt, zetten ze het licht voor hun deur.
Het vieren van het feest gaat gepaard met het nuttigen van zoetigheden. En er wordt vuurwerk afgestoken. Diwali is een vrolijk feest en het wordt vaak met familie gevierd.
Onze gids heeft familie in de stad wonen en die hebben ons vanavond uitgenodigd om de voorbereidingen van het Diwali feest mee te maken. We worden gastvrij ontvangen en helpen bij het verspreiden van de Diya’s. Daarna is er een hapje en een drankje voor iedereen. Ook wordt er vuurwerk afgestoken.

Terug in het hotel eten we op het dakterras, terwijl we genieten van het vuurwerk.

Dag 13 : Donderdag 12 november
We hebben een vrije dag om Bikaner verder te verkennen. Bikaner ligt in de woestijn. Binnen de muren van de stad liggen paleizen, forten en gebouwen die zijn gedecoreerd met siersel van rozerood zandsteen. De tijd lijkt hier stil te hebben gestaan. Kamelen trekken karren voort en koeien kuieren op straat rond. Bikaner ligt op een oude karavaanroute richting Centraal-Azië. Het Junagarh Fort hebben we gisteren al bekeken, dus vandaag willen we naar het oude
centrum, the Old City.
De oude stad wordt omcirkeld door een zeven kilometer lange muur uit de achttiende eeuw. We laten ons door een tuk tuk afzetten bij één van de vijf poorten, de Kothe Gate. Dan gaan we te voet verder.  We zien er mooie Havelli huizen, dat wil zeggen huizen die rijkelijk versierd zijn. Het is vandaag een feestdag en ons wordt vele malen een “Happy Diwali” toegewenst. Er wordt ook nog steeds vuurwerk afgestoken.

We lopen verder totdat we bij de Bhanda Shaha Jain Tempel uitkomen. Deze tempel bevindt zich in het zuidwesten van de stad en is de oudste Jain Tempel van Bikaner. De bouw van deze tempel startte in 1468 en het duurde tot 1514 voordat hij was afgebouwd.

Nadat we diverse tempels bezocht hebben, wandelen we weer terug naar het hotel. We doen er drie kwartier over. Op het laatst moeten we een paar keer de weg vragen. Het helpt ook niet echt dat de straatnamen in het Arabisch zijn.
's Middags gaan we mee op excursie. We bezoeken een Camel Farm waar dromedarissen worden gefokt. Het is de grootste dromedarisboerderij van Azië. Dan gaan we met een dromedariskar naar de zandduinen van Raiser Camp. Dit is een populaire plaats in de woestijn en ligt ongeveer 20 kilometer van
Bikaner af. Onderweg zien we de zonsondergang. We eten er in de buitenlucht onder het genot van muziek en dans.

Dag 14 : Vrijdag 13 november
Onze volgende bestemming is Nawalgarh. Het is een halve dag reizen vanaf Bikaner. Nawalgarh heeft 100.000 inwoners en ligt op de kruising van een aantal belangrijke handelsroutes van Shekhawati. Rijke kooplui handelden in katoen, kruiden en opium. Om te pronken met hun nieuw vergaarde rijkdom lieten ze karavanserais, waterreservoirs, tempels en luxe haveli’s bouwen. Deze huizen uit de achttiende eeuw zijn prachtig beschilderd met kleurrijke fresco’s en
voorzien van houtsnijwerk.
De belangrijkste verkeersaders in India lopen tegenwoordig ver om Shekhawati heen. Daarom is het er opvallend rustig. De kleurrijke bevolking maakt eerder gebruik van kamelen- en ezelkarren dan van gemotoriseerde vervoermiddelen. We arriveren om 14.00 uur bij ons hotel. We logeren in Hotel Roop Niwas
Kothi.

Nawalgarh - Hotel Roop Niwas Kothi - Nawalgarh (Shekhawati) PinCode-333042,
Distt.- Jhunjhunu (Rajasthan ) - Jhunjhunu (Shekawati)., India
Tel: 01594-222008 - Internet: http://www.roopniwaskothi.com

Na de lunch gaan we te voet de stad verkennen. We bezoeken er verschillende haveli’s en de lokale markt. We gaan eerst naar het Dr Ramnath A Podar
Haveli Museum. Het is gebouwd in 1902 aan de oostkant van de stad en ook wel bekend als Podar Haveli. Het gebouw is gerestaureerd en de afbeeldingen zijn in felle kleuren geschilderd. In dit museum zijn verschillende zalen ingericht met informatie over Rajasthan. Het gaat over kleding, tulbanden,
muziekinstrumenten en er zijn modellen van de verschillende forten te zien. We krijgen er een rondleiding met veel informatie van één van de medewerkers.

Vervolgens lopen we door naar het Morarka Haveli Museum en de Bhagton ki Choti Haveli. Het eerste museum vinden wij het mooiste. Ook al beweren
sommige critici dat het schilderwerk over geschilderd is in plaats van dat het gerestaureerd zou zijn.
Dan lopen we door naar de lokale markt. Het is jammer dat de dag al op zijn einde loopt en de duisternis in gaat vallen. Het wordt tijd om terug naar het hotel te gaan. 

Dag 15 : Zaterdag 14 november
Vandaag reizen we van Nawalgarh terug naar Delhi. Het is een lange zit in de bus. We bereiken Delhi aan het einde van de middag. De bus kan ons midden op de dag niet bij het hotel afzetten. Daarom worden we bij het busstation afgezet. Onze koffers worden in Riksja’s geladen en in optocht lopen we naar ons hotel, Crest Inn.
Na het inchecken is er tijd om ons op te frissen. Voor de laatste keer gaan we uit eten met de groep. We gaan naar hetzelfde restaurant, "Spicy by Nature" waar we afscheid nemen van onze tourleader Kapil. Wat heeft hij ons veel laten zien.
Na het eten is het tijd om wat te rusten. We hebben nog een flinke reis voor de boeg. Na middernacht worden we door de bus opgehaald bij het hotel. Nu kan de bus wel bij het hotel komen. Om half één ’s nachts is Delhi uitgestorven. We gaan weer naar huis.