Samos mei 2015
Appartementen Anthemis
Dag 1 : Donderdag 14 mei
We gaan op vakantie naar Samos, Griekenland. We vliegen al om 06.00 uur vanaf Amsterdam. Dus midden in de nacht vertrekken we met de auto richting Schiphol. Halverwege de ochtend komen we aan op onze bestemming, Appartement Anthemis in Samos stad. Dit appartement ligt net buiten de drukte van de stad. Het is ongeveer een kwartiertje lopen naar het centrum.
Na het inchecken gaan we de omgeving verkennen. De hele dag ligt nog voor ons….
Samos Stad of Vathy is de hoofdstad van het eiland Samos. Het is ook de grootste stad van het eiland. Samos Stad is prachtig gelegen in de enige echt diepe inham van het eiland, de baai van Vathy.
Er is een lange boulevard met veel terrassen van tavernes, coffeeshops en hotels. Achter de boulevard vind je de kleine winkelstraatjes. Daar wordt van alles aangeboden, van sieraden en souvenirs tot kleding en groentes. Zowel de promenade als de winkelstraatjes komen uit op het grote plein. Daar zijn nog meer terrassen, coffeeshops en barretjes.
We starten onze middag met een Griekse salade op een terras aan de boulevard. Daarna lopen we door tot het oude Vathy, Ano Vathy . (De stad beneden aan de haven is pas ontstaan in de 19e eeuw, nadat het gevaar van aanvallen door piraten was verdwenen.)
Ano Vathy ligt op een heuvel achter de haven. Het heeft meer de uitstraling van een dorp met zijn steile straatjes, traditionele huizen en interessante oude kerkjes.
Onze wandeling eindigt beneden op het grote plein. We vinden dat we wel een drankje verdiend hebben. ’s Avonds eten we gyros in het hotel. We zijn wel een beetje door onze energie heen.
Dag 2 : Vrijdag 15 mei
Deze ochtend hebben we een afspraak met Christel, de hostess van Sunweb. Zij komt ons informatie geven over de omgeving en eventuele excursies die we kunnen boeken. Wij zijn vooral geïnteresseerd in de excursie naar Efeze, Turkije. Deze leggen we ook meteen vast voor donderdag 21 mei.
Dan gaan we de musea in Samos Stad bekijken. We beginnen bij het Archeologisch Museum. Dit is een heel mooi museum. Het is niet het grootste museum dat we deze vakantie bezoeken, maar wij vinden dit wel het mooiste. Alles is voorzien van een duidelijke uitleg.
Als grote publiekstrekker heeft dit museum een vijf meter hoog marmeren beeld van een Kouros (een naakte jonge man). Het beeld stamt uit ongeveer de
zevende eeuw voor Christus en is echt heel groot. Ook zijn er veel vondsten te zien die zijn opgegraven bij de tempel van Hera in Ireoné.
In het stadspark drinken we een frappé, een ijskoffie. Daarna lopen we de boulevard af tot we bij Het Wijnmuseum aankomen.
Het Wijnmuseum is gevestigd in een opslaghal van de gezamenlijke wijnbouwerscoöperatie in Vathi. Er zijn grote, houten wijnvaten en enkele historische
gereedschappen tentoongesteld. Ook hangen er oude foto’s, documenten en oude etiketten aan de muren.
Midden in de grootste zaal staan op een lange houten tafel ontkurkte wijnflessen en glazen klaar. Bezoekers kunnen op eigen gelegenheid verschillende
wijnen, die op Samos geproduceerd worden, proeven. Wij vinden de Anthemis het lekkerste en kopen er meteen maar een fles van.
’s Avonds huren we een auto voor de komende 5 dagen. Vanaf morgen kunnen we dus op rak.
Dag 3 : Zaterdag 16 mei
Vanmorgen wordt om 09.30 uur de auto door het verhuurbedrijf Manos gebracht. We maken er meteen gebruik van. We gaan wandelen door “Het dal van de Nachtegalen” en rijden langs de kust richting Kokkari. Het startpunt van onze wandelroute is in Platanakia.
De route voert ons eerst langs twee tavernes. We besluiten bij de tweede taverne aan te leggen voor een dubbele espresso voor Bert en een cappuccino voor mij. Er worden flinke plakken notencake bij geserveerd. En we laten het ons smaken.
Onze route loopt door de prachtige natuur naar het kunstnijverheidsdorp Manolates. Manolates is een schilderachtig dorp met maar 120 inwoners. In de
smalle straatjes is autoverkeer niet toegestaan. Maar aan de voet van het dorp is een parkeerplaats. De meeste inwoners zijn kunstenaar en in het dorp zijn veel winkeltjes met souvenirs te vinden. Ook zijn er een paar tavernes.
In het museum krijgen we een wandelkaart waar de verschillende routes door “Het Dal van de Nachtegalen” op staan. Elk jaar worden er nieuwe
wandelroutes in kaart gebracht. Ook worden de routes nagelopen en onderhouden. Wij merken op het vervolg van onze wandeling het profijt van deze kaart. Wat staat de route goed aangegeven.
Vanuit Manolates wandelen wij door naar het volgende dorp Vourliotes. Dit dorp ligt op dezelfde hoogte als Manolates en we kunnen het vanuit Manolates al zien liggen. Om er te komen moeten wij eerst door het dal. We doorkruisen de beek en klimmen vervolgens weer omhoog naar het dorp.
Vourliotes is een oud dorp dat stamt uit de 16e eeuw. De eerste bewoners die er zich vestigden kwamen uit het dorp Vourla in Klein Azië. In het midden van het dorp is een mooi plein, platia. Het wordt omgeven door tavernes en twee winkels. Op het plein hebben wij een heerlijke Griekse salade en een stifado (stoofvlees) van konijn gegeten. Ook het centrum van Vourliotes is autovrij.
We vervolgen onze wandeling door de natuur naar het eindpunt waar onze auto staat. Als we de taverne passeren, worden we herkend en vrolijk
nagezwaaid. Waarschijnlijk hebben ze vandaag verder weinig toeristen gezien.
Dag 4 : Zondag 17 mei
Vandaag rijden we met de auto de bergen in. We bezoeken het bergdorp Ambelos. Dit dorp ligt op 315 meter hoogte. De weg er naar toe gaat over erg steile hellingen van soms wel 14 %. Ons autootje protesteert soms.
Eénmaal boven drinken we in de taverne koffie. Vervolgens lopen we naar de waterval. Het pad leidt ons door een mooi stuk natuur. Langs de helling is een touw gespannen voor extra houvast.
Dan lopen we terug naar de taverne. Die bevindt zich aan het dorpsplein waar ook de kerk staat. De kerk is de moeite waard om te bezichtigen. Hij is van
binnen prachtig versierd.
Vervolgens rijden we door naar het volgende bergdorp Stavrinides. Dit is het eindpunt van de weg. We nemen het wandelpad naar Manolates en klauteren naar het dorp. Bij de taverne hebben we lekker gegeten, waarna we terug wandelen richting auto.
Dag 5 : Maandag 18 mei
We rijden naar Karlovassi, de op één na grootste stad van het eiland. De sfeer doet eerder dorps dan stads aan. De stad bestaat uit vier wijken die losjes met elkaar in verband staan. Met zijn 5500 inwoners is Karlovassi de tweede stad van het eiland Samos. De stad strekt zich kilometers langs de kust uit en heeft weinig hoge gebouwen. Een echt centrum heeft Karlovassi niet en het lijkt meer op een paar dorpen die aan elkaar geplakt zijn. De verschillende delen
hebben ook allemaal een verschillend karakter.
In het stadsdeel Ormos (ook wel Riva genoemd) in de Westhoek staan grote, enorme pakhuizen en fabrieksgebouwen langs de kust. Een groot aantal is
inmiddels vervallen, terwijl anderen in gebruik zijn als kazerne, meubelmakerij, steenhouwerij, autogarage of bar. Hoewel hier tegenwoordig een troosteloze sfeer hangt, bracht Ormos tot de Eerste Wereldoorlog grote welvaart. Van het verdiende geld werden veel te grote kerken en fraaie classicistische villa’s
gebouwd. Deze kwamen niet in de industriewijk te staan, maar vooral in de stadsdelen Neo en Meseo Karlovassi.
Neo Karlovassi vormt nu het feitelijke stadscentrum met de grote bisschoppelijke kerk, het busstation, scholen, het gemeentehuis en winkels. Hier is ook de universiteit gevestigd.
Meseo Karlovassi (Midden-Karlovassi) ligt aan de overkant van de droge bedding van de Kerkito. Het is veel minder dicht bebouwd. De kleine platia doet erg dorps aan en is het sfeervolste plein van de stad.
In het Westen is de havenwijk (Limani). Hier bevinden zich de meeste hotels en de EOSS-wijnkelder. Limani wordt gedomineerd door een heuvel waar de kerk van de Heilige Drievuldigheid, de Agia Triada, staat. Een prachtig gezicht.
Op deze heuvel en aan de voet ervan staan de authentieke Griekse huizen. Dit is Paleo Karlovassi ( Oud Karlovassi). Dit is waarschijnlijk het aardigste en ook rustigste stuk van Karlovassi om eens doorheen te wandelen. Langs de wegen staan grote pijnbomen en langs de zijpaden staan oude kerkjes. Eénmaal in de heuvels heb je een mooi uitzicht op de kustlijn en de stad.
We lopen de stadswandeling, proeven wijn in de wijnfabriek en kopen vervolgens nog maar een fles Anthemis. Met de fles in de rugzak lopen we verder de berg op naar Paleo Karlovassi. Op zoek naar de grot van de kluizenaar, Agios Antonios. In de grot heeft de kluizenaar een kerkje gebouwd met drie op blik geschilderde iconen erin. Het pad ernaar toe leidt ons door mooie natuur.
Aan het einde van de middag eten we op het plein van Meseo Karlovassi het dagmenu. Heerlijk, stoofvlees met rijst en een ovenschotel. De
ovenschotel bestaat uit gevulde wijnbladeren met gehakt en kaas. Inclusief drinken kost deze maaltijd ons slechts €15,-. En dat voor twee personen.
Dag 6 : Dinsdag 19 mei
Vandaag rijden we met de auto naar de watervallen van Potami. Deze watervallen zijn heel toeristisch en er wordt ook veel reclame voor gemaakt.
Waarschijnlijk vallen ze ons daarom tegen. Wij hebben er meer van verwacht. Hoewel de wandeling er naar toe wel mooi is, ook al is hij kort. Wij lopen er
ongeveer twintig minuten op.
Het laatste stuk hebben wij niet gedaan. We moesten daarvoor een uur met al onze spullen door het water. Daar hadden we niet op gerekend. We hebben in de reisgids gelezen dat er ook nog een pad naar toe loopt. Maar helaas is dit niet zo.
Terug bij de parkeerplaats zoeken we in de zee verkoeling, waarna we onze reis vervolgen, door de bergdorpen met veel haarspeldbochten. Het gebied is erg groen en heeft veel weggetjes door de pijnboombossen.
In Leka hebben we heerlijk gegeten op het dakterras van de taverne. Vanaf het dakterras hebben we een schitterend uitzicht over de hele omgeving.
We vervolgen onze reis via Nikoloudes naar Kosmadei. Kosmadei is het hoogst gelegen dorp van Samos en ligt op 700 meter hoogte. Er wonen hier
ongeveer 60 tot 80 mensen. We worden heel vriendelijk door de lokale bevolking ontvangen boven op het hoogste punt van het dorp. We nuttigen een
Nescafé frappé. Daarna gaan we weer verder. Daarvoor moeten we eerst een stukje terugrijden. De weg houdt namelijk op. Dus weer via Nikoloudes naar Kastanea, Sevastika richting Platanos. Dan via Pirgos naar Koumaradei.
In Koumaradei worden we heel vriendelijk ontvangen door de eigenaresse van de winkel “Het Weefgetouw”. Daarnaast zit “The Pottery Shop” waar we een souvenir kopen voor in ons reiskastje. Een miniatuur kerkje. Bij de taverne eten we een ijsje waarna we nog een rondje door het dorp lopen.
Daarna rijden we naar het Megali Panagias-klooster. Dat is vandaag helaas gesloten. Op dinsdag trekken de monniken zelf de natuur in om
kruiden te zoeken. Dat zal een monnik ons over enige dagen vertellen als we hier terugkomen.
Vervolgens rijden we via Pythagorion terug naar het hotel in Samos.
Dag 7 : Woensdag 20 mei
Vandaag rijden we via een tussenstop in Mitilinii naar Pithagorio. Mitilinii is een grotere plaats met een authentiek plein, platia. Het ligt in een vruchtbaar hoog dal en is vanaf de zee niet te zien. Voor de inwoners van het eiland Lesbos (in het Grieks: Mytilini), die deze plaats rond 1700 stichtten, zal dit de reden
geweest zijn om zich juist hier te vestigen. De ligging bood tot op zekere hoogte bescherming tegen overvallen van zeerovers. In het dal werd vroeger tabak verbouwd. Tegenwoordig liggen er nog wat wijnvelden.
Op het plein drinken we een dubbele espresso en een cappuccino. Daarna lopen we nog een ronde door het dorp. Mitilinii is een stil plaatsje. Met vooral in de kern menig leegstaand huis dat in verval is geraakt.
Vervolgens gaan we naar Pithagorio. Pithagorio is een toeristische trekpleister. Het heeft veel bezienswaardigheden en ook veel winkels met souvenirs.
Wij kopen er een guirlande voor in ons reiskastje.
Het stadje is vernoemd naar de Griekse wijsgeer Pythagoras. Aan de havenpromenade, waar ook de meeste tavernes te vinden zijn, staat een standbeeld van hem.
Pithagorio is gebouwd op de fundamenten van het antieke Samos. Deze stad uit de oudheid telde 25.000 inwoners met ontelbaar veel slaven. Door de gehele stad liggen de antieke fundamenten verspreid. Vanwege de recente bebouwing kunnen archeologen deze niet onderzoeken. Sinds 1965 zijn archeologen
verplicht voor elke bouwkundige ingreep onderzoek ter plaatse te doen. Uit angst voor grote vertragingen worden er bijna geen vergunningen aangevraagd voor grote nieuwbouwprojecten binnen de stadsgrenzen. Vandaar dat de stad haar traditionele karakter heeft behouden.
Helaas zijn de archeologische vondsten niet goed te bezichtigen. Ze worden afgeschermd.
Het archeologisch museum, dat in het stadhuis is gevestigd, valt ons ook wat tegen. Maar dat komt omdat wij het archeologisch museum in Samos stad al
bezocht hebben. Hoewel dat museum kleiner is , vinden wij het overzichtelijker. En het geeft meer duidelijke informatie.
Verder lopen we nog naar het Kastro en de Logothetisburcht. Daar is ook nog een heel stuk van de 6500 meter lange oude stadsmuur bewaard gebleven, die vroeger de stad omringde.
Vanaf de bergtop bij het Panagia Spiliani-klooster genieten we van het mooie uitzicht op Pithagorio en de Heraion-vlakte (die ook wel Kambos Choras wordt genoemd). Je hebt hier ook goed zicht op de zee, het strand en het vliegveld.
Vanaf de begraafplaats bij het klooster lopen enkele traptreden een langgerekte grot in. Aan het einde staat een kleine, felblauw geschilderde kapel onder de lage rotsen. In de rotswand naast de kapel ontspringt een bron. Dit water wordt als heilig beschouwd. Vroeger dronken zeelieden ervan voordat ze een verre reis maakten. En moeders besprenkelden er hun zieke kinderen mee. Men geloofde dat het water een geneeskrachtige werking had.
Terug in het hotel leveren we de sleutels van onze huurauto in.
Morgen gaan we op excursie………..
Dag 8 : Donderdag 21 mei
Vandaag gaan we mee met de excursie naar Efeze, Turkije. We gaan met de boot naar Azië- Kusadasi en Efesos.
We moeten er wel vroeg voor opstaan. Al om 07.05 uur worden we door de bus van Rhenia-reizen opgehaald bij de haven. De bus brengt ons naar
Pithagorio, waar we door de douane-controle heen naar de boot gaan (Venus). Na ruim anderhalf uur varen bereiken we Kusadasi aan de Turkse kust. Vanaf de boot is al goed te zien dat Kusadasi een grote Turkse badplaats is, met veel hoogbouw. Dan doet Samos wel erg landelijk en ingetogen aan.
Bij aankomst in Turkije moeten we onze paspoorten inleveren en de havenbelasting van €10,- per persoon betalen. Bij vertrek krijgen we onze documenten zonder problemen terug.
Er staan bussen klaar en onder begeleiding van een gids rijden we naar Selçuk . Selçuk is een stad met 20.000 inwoners en ligt 23 km van Kusadasi af. Daar liggen de uitgestrekte en tot de verbeelding sprekende opgravingen van het antieke Efeze (Ephesos) . Efeze is heel indrukwekkend en echt de moeite waard om te bezichtigen.
In de oudheid was Efeze een belangrijk centrum, zowel in de heidense als later in de christelijke wereld. Deze stad was het belangrijkste financiële en
handelscentrum van Klein-Azië. Op een zeker moment waren er een kwart miljoen inwoners. Alleen Athene en later Jeruzalem waren belangrijker. Efeze was op zijn hoogtepunt een bloeiend centrum van handel en cultuur. Ook omdat het met zijn haven zo gunstig lag. Doordat de haven verzandde is de stad later verplaatst.
Op de terugweg legt de bus aan bij een restaurant voor een lunch. Wij trekken ons eigen plan en lopen naar een lokaal restaurantje op een industrieterrein. We eten er een Turks broodje en zijn er de enige toeristen.
Vervolgens legt de bus aan bij een goudwinkel. Ook dit is niet aan ons besteed. Wij zoeken de uitgang en wachten tot de bus weer vertrekt. Wat jammer dat we deze tijd niet extra in Efeze door konden brengen.
Terug in Kusadasi hebben we nog tijd over om de stad te verkennen, voordat de boot vertrekt. Op ons komt de stad erg toeristisch over. Vol met
souvenirwinkels en opdringerige Turkse obers, die je in perfect Nederlands aanspreken. Niet echt ons ding. Wij zijn dan ook blij dat we weer teruggaan naar Griekenland.
Dag 9 : Vrijdag 22 mei
Vandaag huren we opnieuw voor de komende 3 dagen een auto. We krijgen deze keer een iets nieuwer, pittiger model mee. Waarschijnlijk hebben ze bij het verhuurbedrijf Manos door dat wij het hele eiland aan het verkennen zijn. En in de bergen zijn de wegen soms echt steil.
Met de auto rijden we naar het Moni Timiou Stavrou-klooster (het klooster van de Kruisverheffing). Het ligt tussen Chora en Koumaradei. Het werd in 1592
gesticht. Door een oude rood geschilderde houten poort, komen we op de binnenplaats. Zoals bij bijna alle orthodoxe kloosters wordt die grotendeels
ingenomen door de kloosterkerk. In de kloosterkerk valt de prachtig gebeeldhouwde iconostase van lindenhout op. Die werd in de 19e eeuw door twee
monniken van het naburige eiland Chios vervaardigd. Zij deden er tien jaar over.
De binnenplaats wordt aan drie zijden omgeven door rijen kloostercellen van twee verdiepingen. Aan beide zijden zijn die verhoogd, zodat ze op een toren
lijken. Tegenwoordig is de zuidkant open, nadat deze vleugel in 1950 door brand werd verwoest. Op deze plek hebben de monniken een tuin aangelegd waar sinaasappel-, citroen-, en olijfbomen groeien, evenals een groot aantal geraniums.
Naast het Zuidportaal van de in 1838 gebouwde kerk bevindt zich een marmeren fontein met mooie stenen reliëfs in de kerkmuur. Er stroomt fris bronwater en er hangen drinkschalen klaar voor dorstige pelgrims.
De manshoge vaten (pithoi) werden vroeger gedeeltelijk in de grond ingegraven, zodat de inhoud (wijn, water of olie) koel kon worden bewaard.
In het torenachtige einde van de westvleugel, onder de bogen van de eerste verdieping, hangen twee simandra’s. Dit zijn een stuk hout in de vorm van een lange, smalle plank en een stuk ijzer in dezelfde vorm. Ze zijn bijna in elk Grieks-orthodox klooster te vinden. Tijdens de Turkse heerschappij was het luiden van de klokken verboden. De monniken werden hiermee opgeroepen tot het gebed.
Om de monniken te steunen kopen we twee kruisjes en een aardewerken kannetje voor in ons reiskastje.
Vervolgens rijden we door naar het Moni Megalis Panagias-klooster in Koumaradei. Vandaag is het wel open. Het is een mooi klooster met een goed
aangelegde en onderhouden tuin. Het klooster is in 1593 gebouwd. Het bestaat uit een mooie kerk met fresco’s en is omgeven door hoge muren. Er wordt
gezegd dat het is gebouwd op de restanten van een oude Tempel van Artemis.
De monniken die er sinds tien jaar wonen, zijn druk bezig met de restauratie en het onderhouden van de gebouwen. Ze wijden zich daarnaast aan de
landbouw. In hun kleine kloosterwinkel verkopen ze olijfolie en Griekse pasta van eigen productie. Ook wierook en rozenkransen vervaardigen ze zelf.
Als souvenirs kopen we een wierookdoosje met afbeelding van het klooster en een kannetje met deksel. De monnik die we spreken is zeer geïnteresseerd in onze reisgids. Zo wijst hij ons op het feit dat de foto van het klooster in onze reisgids niet recent is. Hij dateert van voor de bosbranden van 2000, gezien de begroeiing op de foto. Hij vertelt ook dat op dinsdag de monniken zelf de natuur in trekken om kruiden te zoeken. Daarom was het klooster dus dicht
afgelopen dinsdag.
Daarna gaan we Koumaradei in. Bij het kruidenwinkeltje kopen we een kruidenmix om thuis stifado (stoofvlees) te maken.
Bij Pottery Art Ydria hebben we een pithoi (een kruik op een standaard) gekocht. Ook mogen we in de werkplaats rondkijken. Hier wordt net ander aardewerk als elders op het eiland gemaakt en verkocht. De eigenaresse van ons hotel (Vivian) heeft ons getipt om hier eens rond te kijken. Ze denkt dat wij het hier wel kunnen waarderen en ze heeft gelijk.
Het betalen van ons souvenir kost nogal wat moeite. We komen net wat contant geld te kort. En wij zijn gewend dat we op iedere straathoek kunnen pinnen. Dat kan hier op Samos dus niet. Uiteindelijk hebben we een omweg via Pithagorio moeten maken. Maar dan is ons potje toch echt van ons. De
pottenbakker is enigszins verbaasd als we dezelfde middag weer voor zijn neus staan. Maar hij heeft de pithoi netjes voor ons bewaard.
Toen we toch in Pithagorio waren, hebben we daar een Grieks yoghurt-ijsje gegeten.
Later komen we tussen Chora en Mitilinii nog langs het Agia Triada-klooster, The Holy Trinity Monastery. Het klooster bestaat uit twee verdiepingen en ziet
eruit als een vesting. Het gebouw stamt uit 1824 zou nog door 1 monnik en 1 non bewoond moeten zijn. Op de deur hangt ook nog een A-4tje met de
activiteiten in de kerk. Helaas ziet het er erg vervallen uit en het is dan ook gesloten.
Dag 10 : Zaterdag 23 mei
We rijden met de auto naar de Vlamari-hoogvlakte. In het dorpje Kamara drinken we Griekse koffie. De eigenaresse is een Deense die er in het Engels vrolijk op los kletst.
In de buurt zijn twee kloosters die we vandaag willen bezoeken. Het Moni Agia Zoni-klooster en het Moni Zoodochos Pigi-klooster. Het eerste klooster wordt bewoond door mannen. Het tweede klooster wordt door vrouwen bewoond.
Het Agia Zoni-klooster is een massief aandoend, onlangs gerestaureerd gebouw achter hoge cipressen en eucalyptusbomen. De kleine, bijna tropisch
aandoende binnenhof wordt omgeven door dubbele, met klimplanten begroeide gaanderijen uit de 18e eeuw. In de vroegere kloostercellen woont nu weer een monnik en in de zomer soms enkele priesters. Het klooster werd in 1695 door monniken van Athos gesticht en is gewijd aan de Heilige gordel van Maria.
Vervolgens gaan we naar het Zoodochos Pigi-klooster. Zoodochos Pigi betekent leven brengende bron. Het klooster stamt uit 1756. De kerk werd in 1786
gebouwd. De overige gebouwen stammen uit de 19e eeuw. Het klooster ziet eruit als een vesting. Ook hier is een houten iconostase te bewonderen.
Bijzonder mooi is de fijn bewerkte zilveren bekleding van de icoon waarop Maria is afgebeeld. De Heilige Maagd is afgebeeld op een troon boven de bron van een klooster bij Constantinopel. Uit haar handen en sieraden op haar gewaad stroomt water in de bron. Op dit tafereel zijn ook zieken en gebrekkigen te zien die naar haar toe zijn gekomen om door haar te worden genezen.
In dit klooster is het streng verboden om te fotograferen. Bij de andere kloosters is dit meestal wel toegestaan, als de flits uitgeschakeld is.
Nadat we de kerk bekeken hebben, worden we naar het winkeltje geloodst. We worden er door een jonge non te woord gestaan. Ze vertelt ons dat ze uit
Servië komt. Ze heeft dus haar familie achter zich gelaten om haar roeping te volgen.
We besluiten een kandelaar en kaarsen te kopen voor ons reiskastje. We hebben de indruk dat er ook van ons verwacht wordt dat we iets kopen, om de
nonnen te ondersteunen.
Vervolgens zijn we naar het kiezelstrand van Mourtia gereden. Daar is het een komen en gaan van Grieken. Ze zoeken de verkoeling van het water en gaan daarna weer verder. Wij besluiten hetzelfde te doen.
Later leggen we, voor een lunch, weer aan bij de taverne in Kamara. Tijdens de koffie (vanmorgen) rook het daar al heerlijk. We worden overgehaald de
plaatselijke wijn te proeven. Ze maken hem zelf. Die komt wel aan…
’s Middags toeren we langs de kust naar het Posidonio strand. Posidonio is een leuk plaatsje met een zandstrand en met op de top al weer een kapel.
Via Pithagorio, waar we weer een frozen yoghurt ijsje scoren en een Pythagoras boekje kopen, rijden we terug naar Samos stad.
Dag 11 : Zondag 24 mei
Het is de laatste dag dat we de huurauto hebben. We besluiten naar Vourliotes te rijden om daar nog een dag te gaan lopen in “Het Dal van de Nachtegalen”. We parkeren de auto onder aan het dorp en drinken bij de taverne een frappé en een verse jus d’orange. Er worden lekkere broodjes bij geserveerd. Dat komt ons goed uit. We gaan tenslotte wandelen.
We lopen naar het Moni Vronta-klooster. Het werd in 1496 gesticht en ligt op een hoogte van 460 meter. Het klooster ziet eruit als een vesting. In 2000 werd het klooster ernstig beschadigd door een bosbrand. Hoewel de restauratie bijna klaar is, is de schade (voor een deel) nog wel te zien. De restauratie in de kerk is voor een groot gedeelte klaar. De schilderingen zijn kleurrijk en ronduit prachtig.
Na het bezoek aan het klooster hebben we onze wandeling voortgezet. We komen door mooie stukken natuur. Het wordt een tocht met hindernissen. We zijn op een gegeven moment het pad kwijt. We weten dat het hier ergens moet lopen, maar waar? Later zal blijken dat we een afslag hebben gemist. Maar
daardoor hebben nu wel schitterende foto’s van terrassen met druivenranken op de hellingen. Uiteindelijk komen we terug in Vourliotes, waar we op het plein een maaltijd eten.
Op de terugweg stoppen we in Kokkari. Kokkari is echt een toeristenplaats. Het is mooi gelegen aan de baai en heeft een breed zandstrand. Toeristen zijn er dol op. Hoewel Kokkari in de winter nog 900 inwoners telt, lijkt het dan uitgestorven.
De terrassen van de tavernes grenzen aan het strand. Wij sluiten deze dag af met een drankje op het strand. Daarna is het tijd om terug te gaan naar ons
hotel. We leveren de sleutels van de auto in bij de receptie. Dan wordt het tijd om ons voor te bereiden op onze terugreis.
Dag 12 : Maandag 25 mei
Vandaag gaan we terug naar huis. Om tien over acht staan we klaar om opgehaald te worden. De taxi is een half uur verlaat. Maar daar schijnt niemand van op te kijken. De eigenaresse van het hotel (Vivian) neemt van ons afscheid met drie klapzoenen. Het was een super-vakantie.
Voor de laatste keer rijden we van Samos stad naar Pithagorio. Voordat we het weten zijn we al bij het vliegveld. De controles lopen gesmeerd. Net als de vliegreis. De grootste vertraging lopen we vandaag op als we de auto op willen halen. Schiphol is toch wel erg groot…